Meneer Fred Astaire

Biografie van de heer Fred Astaire

Fred Astaire, geboren als Frederick Austerlitz II in 1899, begon de showbusiness op vierjarige leeftijd en trad op op Broadway en in Vaudeville met zijn oudere zus, Adele. Als jonge volwassene vertrok hij naar Hollywood, waar hij een succesvolle samenwerking met Ginger Rogers begon voor negen films. Hij verscheen in films met gewaardeerde co-sterren zoals Joan Crawford, Rita Hayworth, Ann Miller, Debbie Reynolds, Judy Garland en Cyd Charisse. Hij speelde ook mee met de grootste acteurs van die tijd, waaronder Bing Crosby, Red Skelton, George Burns en Gene Kelly. Fred Astaire was niet alleen een geweldige danser – hij veranderde het gezicht van de Amerikaanse filmmusical met zijn stijl en gratie – maar hij was ook een zanger en een acteur met veel verschillende dramatische en komische credits, in zowel films als tv-specials. Fred Astaire veranderde ook de manier waarop danssequenties in films werden gefilmd, door erop aan te dringen dat de focus op de full-frame dansers en de danspassen zelf bleef, met behulp van een stationaire camera-opname - met lange opnames, brede opnames en zo min mogelijk cuts. het publiek het gevoel geven alsof ze naar een danser op het podium kijken, in tegenstelling tot de toen populaire techniek van het gebruik van een constant rondzwervende camera met frequente cuts en close-ups.

Astaire ontving in 1950 een ere-Academy Award voor zijn 'unieke kunstzinnigheid en zijn bijdragen aan de techniek van muziekbeelden'. Hij heeft choreografiecredits voor tien van zijn filmmusicals die tussen 1934-1961 zijn uitgebracht, waaronder "Top Hat", "Funny Face" en "The Pleasure of His Company". Hij won vijf Emmy's voor zijn werk op televisie, waaronder drie voor zijn variétéshows, An Evening with Fred Astaire (1959, die in totaal negen Emmy's won!) en Another Evening with Fred Astaire (1960).

In zijn latere jaren bleef hij in films verschijnen, waaronder "Finian's Rainbow" (1968) en "The Towering Inferno" (1974), wat hem een ​​Oscar-nominatie opleverde. Hij speelde ook in televisierollen in programma's als Er is een dief voor nodig, en Battlestar Galactica (waarvan hij zei dat hij ermee instemde, vanwege de invloed van zijn kleinkinderen). Astaire leende ook zijn stem aan verschillende geanimeerde tv-specials voor kinderen, met name Sinterklaas komt naar de stad (1970), en De paashaas komt naar de stad (1977). Astaire ontving in 1981 een Lifetime Achievement Award van het American Film Institute, dat hem in 2011 ook uitriep tot de "Fifth Greatest Actor" (onder hun "De 50 beste schermlegendes" lijst).

Fred Astaire stierf in 1987 aan een longontsteking, op 88-jarige leeftijd. Met zijn overlijden verloor de wereld een ware danslegende. Zijn moeiteloze lichtheid en gratie zullen misschien nooit meer gezien worden. Zoals Mikhail Baryshnikov ten tijde van de dood van Fred Astaire opmerkte: "Geen enkele danser kan naar Fred Astaire kijken zonder te weten dat we allemaal in een ander bedrijf hadden moeten zitten."

Danspartners van Fred Astaire

Hoewel hij vooral bekend stond om zijn magische samenwerking met Ginger Rogers, was Fred Astaire echt de koning van de filmmusicals, met een filmcarrière van 35 jaar! Astaire ging samen met tientallen van de beroemdste dansers en filmsterren van zijn tijd, waaronder:

“Onthoud bij stijldansen dat je partners ook hun eigen kenmerkende stijlen hebben. Flexibiliteit cultiveren. Je stijl kunnen aanpassen aan die van je partner. Daarbij geef je niet je individualiteit op, maar meng je deze met die van je partner.

– Fred Astaire, van The Fred Astaire Top Hat Dance Album (1936)

Nummers geïntroduceerd door Fred Astaire

Fred Astaire introduceerde veel liedjes van beroemde Amerikaanse componisten die klassiekers werden, waaronder:

  • Cole Porter's "Night and Day" uit The Gay Divorcee (1932)
  • Jerome Kerns "Nice Work If You Can Get It" uit A Damsel In Distress (1937) en "A Fine Romance", "The Way You Look Tonight" en "Never Gonna Dance" uit Swing Time (1936)
  • Irving Berlins "Cheek To Cheek" en "Isn't This A Lovely Day" uit Top Hat (1936) en "Let's Face The Music And Dance" uit Follow The Fleet (1936)
  • Gershwins' 'A Foggy Day' uit A Damsel In Distress (1937) en 'Let's Call The Whole Thing Off', 'They All Laughed', 'They Can't Take That Away From Me' en 'Shall We Dance' uit Zullen we dansen (1937)